Alstublieft! Dit is laag 2 van Pensioen 1-2-3

U leest in dit Pensioen 1-2-3 wat u wel en niet krijgt in onze pensioenregeling. U leest wat u wel en niet krijgt in onze pensioenregeling. In deze laag 2 staan alle belangrijke kenmerken van onze pensioenregeling. U leest hier meer over de onderwerpen die in laag 1 staan.

Pensioen 1-2-3 bestaat uit 3 lagen: u kiest zelf hoeveel u wilt weten

Laag 1 : uw pensioenregeling in 5 minuten.
Laag 2 : meer informatie over alle onderwerpen.
Laag 3 : álle regels en het beleid van ons pensioenfonds.

In Pensioen 1-2-3 staan geen bedragen of persoonlijke informatie
Die vindt op het Uniform Pensioenoverzicht dat u elk jaar van ons krijgt. Wilt u weten hoeveel AOW en pensioen u totaal heeft? Kijk dan op mijnpensioenoverzicht.nl.

Wat krijgt u in onze pensioenregeling?

U krijgt ouderdomspensioen vanaf uw 67e jaar

U bouwt bij ons ouderdomspensioen op voor later. U krijgt dit pensioen zolang u leeft. Elke maand krijgt u een bedrag op uw rekening.

Uw ouderdomspensioen is een aanvulling op uw AOW
De AOW van de overheid gaat nu in vanaf 66 jaar en 10 maanden (2023). Maar die leeftijd gaat in stappen omhoog. Als de levensverwachting verder blijft stijgen, gaat ook de AOW-leeftijd omhoog. U leest meer over úw AOW-leeftijd op SVB.nl.

Uw pensioen en AOW gaan waarschijnlijk niet tegelijk in
Als uw AOW en pensioen niet tegelijk ingaan, heeft u misschien een tijdje minder inkomen als u stopt met werken. U kunt bij ons ook eerder of later met pensioen gaan. Die keuze maakt u als uw pensioen bijna ingaat. Het is wel verstandig om nu al na te denken over wat u wilt. Bijvoorbeeld of u iets extra’s moet regelen als u niet zo lang wilt doorwerken.

Uw ouderdomspensioen hangt af van…

  • het beroepsinkomen.
  • het aantal jaren dat u premie betaalt.
  • werkt u parttime? Dan telt ook uw parttimepercentage mee.
  • de toeslagverlening.

Lees ook deze informatie
U vindt alle regels en voorwaarden in ons pensioenreglement in laag 3. De pensioenbedragen staan op uw Uniform Pensioenoverzicht. Dat krijgt u elk jaar van ons. Maar ook bij mijnpensioenoverzicht.nl.

Uw partner krijgt een pensioen als u overlijdt

U bouwt bij ons ook partnerpensioen op. Dit is een uitkering voor uw partner als u overlijdt.

Uw partner krijgt partnerpensioen zolang hij of zij leeft
Uw partner krijgt dit partnerpensioen elke maand. Dit is ongeveer 70% van het ouderdomspensioen dat u zou krijgen als u tot uw pensionering bij ons pensioen zou opbouwen. We gaan daarbij uit van uw gemiddelde beroepsinkomen van de afgelopen 5 jaar.

Overlijdt u ná uw pensionering? Dan krijgt uw partner óók ongeveer 70% van uw ouderdomspensioen. Stopt u eerder met werken? Of werkt u niet meer als verloskundige in de 1e lijn? Dan krijgt uw partner ongeveer 70% van het ouderdomspensioen dat u tot dat moment bij ons pensioenfonds opbouwde.

Als u een ex-partner heeft, kan dit anders zijn
Bent u gescheiden? Dan heeft uw ex-partner na uw overlijden misschien recht op een deel van het partnerpensioen. Namelijk het partnerpensioen dat u opbouwde tot het moment dat u uit elkaar ging. Dit heet bijzonder partnerpensioen. We trekken dit af van het partnerpensioen van uw nieuwe partner. Die krijgt dan een lager partnerpensioen als u overlijdt. Maakte u andere afspraken met uw ex-partner? Dan geldt dit niet.

Uw partner krijgt misschien ook een Anw-uitkering van de overheid
Overlijdt u? Dan krijgt uw partner misschien een uitkering van de overheid. Dit staat in de Algemene Nabestaandenwet (Anw). U vindt alle informatie op SVB.nl. Bijvoorbeeld over de voorwaarden:

  • Uw partner zorgt voor een kind jonger dan 18 jaar, of
  • Uw partner is meer dan 45% arbeidsongeschikt.

U kunt de uitkering voor uw partner zelf aanvullen
Wilt u er zeker van zijn dat uw partner extra geld krijgt als u overlijdt? Sluit dan zelf een Anw-hiaatverzekering af. Uw partner krijgt dan altijd een extra uitkering naast het pensioen. Ook als de overheid géén Anw-uitkering betaalt. Vraag uw verzekeraar of financieel adviseur om meer informatie.

Als u bij pensionering geen partner heeft, krijgt u extra pensioen voor uzelf
Heeft u geen partner als uw pensioen ingaat? Dan ruilen wij het partnerpensioen automatisch om. U krijgt dus zelf meer pensioen. Een eventuele nieuwe partner krijgt geen pensioen als u overlijdt.

Uw partner is voor ons…

  • de persoon met wie u getrouwd bent, of geregistreerd partners bent;
  • de persoon met wie u minstens 6 maanden samenwoont.

Woont u samen? Dan geldt dit ook:

  • U heeft een samenlevingsovereenkomst. U regelde dit bij een notaris.
  • U sprak daarin af dat u zorgplicht heeft voor elkaar.
  • U sprak ook af dat uw partner pensioen krijgt als u overlijdt.
  • U heeft uw partner bij ons aangemeld.

U vindt alle voorwaarden in ons pensioenreglement in laag 3.

Lees ook deze informatie
U vindt alle regels en voorwaarden in ons pensioenreglement in laag 3. De pensioenbedragen staan op uw Uniform Pensioenoverzicht. Dat krijgt u elk jaar van ons. Maar ook bij mijnpensioenoverzicht.nl.

Uw kinderen krijgen een pensioen als u overlijdt

U bouwt bij ons ook wezenpensioen op. Overlijdt u? Dan krijgen uw kinderen wezenpensioen tot hun 21e jaar. Dit is 20% van het partnerpensioen. Overlijdt uw partner ook? Dan krijgt elk kind 40% van het partnerpensioen.

Het gaat om het partnerpensioen dat u zou krijgen als u tot uw pensionering bij ons pensioen zou opbouwen. Stopt u eerder met werken? Dan krijgen uw kinderen alleen wezenpensioen over het partnerpensioen dat u opbouwde tot u stopte met werken.

Er is een grens aan het wezenpensioen. Het pensioenfonds stelt een bedrag aan wezenpensioen ter beschikking van maximaal de uitkering aan 3 kinderen. Zijn er meer dan 3 kinderen? Dan wordt dit totaalbedrag over alle kinderen gelijk verdeeld.

Lees ook deze informatie
U vindt alle regels en voorwaarden in ons pensioenreglement in laag 3. De pensioenbedragen staan op uw Uniform Pensioenoverzicht. Dat krijgt u elk jaar van ons. Maar ook bij mijnpensioenoverzicht.nl.

Wilt u precies weten wat de regels zijn? Kijk dan in ons pensioenreglement in laag 3. Krijgt u ons reglement liever op papier? U vraagt dit makkelijk aan bij contact.

Wat krijgt u in onze pensioenregeling niet?

U krijgt geen uitkering als u arbeidsongeschikt wordt

Wordt u arbeidsongeschikt? Dan krijgt u geen arbeidsongeschiktheidsuitkering van ons pensioenfonds. Onze pensioenregeling biedt dit namelijk niet aan.

  • Werkt u in loondienst? Dan krijgt u misschien wel een uitkering van de overheid. Dit heet een WIA- of WAO-uitkering. U leest meer op UWV.nl.
  • Werkt u als zelfstandige? U kunt zelf een inkomensverzekering bij beroepsarbeidsongeschiktheid afsluiten.

U bouwt ook geen pensioen meer op als u arbeidsongeschikt wordt
Blijft u voor een deel nog werken als verloskundige? Dan blijft u voor dat deel wél pensioen opbouwen. U kunt bij ons wel een verzekering afsluiten voor het geval dat u volledig en blijvend beroepsarbeidsongeschikt wordt.

U kunt bij ons wél een verzekering afsluiten
Wilt u dat wij uw premie doorbetalen als u beroepsarbeidsongeschikt wordt? Dit kan onder een aantal voorwaarden. U moet bijvoorbeeld 80 tot 100% en blijvend ongeschikt zijn voor het uitoefenen van uw beroep als verloskundige. Kijk voor meer informatie bij Welke keuzes heeft u zelf?.

Hoe bouwt u pensioen op?

A. Algemene Ouderdomswet (AOW)
De AOW is het wettelijke pensioen van de overheid. U bouwt dit zelf in ongeveer 50 jaar op als u in Nederland woont of werkt. De AOW van de overheid gaat nu in vanaf 66 jaar en 10 maanden (2023). Maar die leeftijd gaat in stappen omhoog. Als de levensverwachting verder blijft stijgen, gaat ook de AOW-leeftijd omhoog. U leest hierover meer op SVB.nl. U vindt er ook de bedragen en meer informatie over de AOW.

Let op
Woonde of werkte u niet altijd in Nederland? Dan krijgt u waarschijnlijk minder AOW.

B. Pensioen dat u via uw werk opbouwt
U bouwt pensioen op in onze beroepspensioenregeling. Elk jaar bouwt u een deel van uw pensioen op. U krijgt 1 keer per jaar een Uniform Pensioenoverzicht (UPO).

Daarop staat:

•  het ouderdomspensioen dat u nu heeft opgebouwd.
•  het pensioen dat uw partner krijgt als u overlijdt.
•  het pensioen dat uw kinderen krijgen als u overlijdt.

Kijk ook op mijnpensioenoverzicht.nl. U vindt er een overzicht van uw AOW en al uw pensioen dat u via het werk opbouwde. U vindt er ook de nettobedragen.

C. Pensioen dat u zelf regelt
U kunt uw AOW en pensioen zelf aanvullen. Bijvoorbeeld met spaargeld, banksparen of met een verzekering, zoals lijfrente. Of u dit nodig vindt, hangt af van uw eigen situatie en wensen. Een financieel adviseur kan u helpen bij het maken van keuzes.

U kunt ook vrijwillig extra pensioen bij ons opbouwen. Kijk bij Welke keuzes heeft u zelf?.

U bouwt pensioen op in een beschikbare premieregeling

U betaalt premie voor uw pensioen. Het fonds koopt daarvoor pensioen voor u. Zo bouwt u elk jaar een stukje pensioen op. Uw totale pensioen is een optelsom van al die stukjes. Dit noemen we een beschikbare premieregeling met directe inkoop. U krijgt uw pensioen vanaf uw pensioendatum. En zolang u leeft.

U bouwt pensioen op over een deel van uw beroepsinkomen

U bouwt elk jaar pensioen op. Maar niet over uw hele beroepsinkomen. U krijgt namelijk later ook AOW van de overheid. Daar houden wij rekening mee bij uw pensioenopbouw.

•  We trekken er eerst een bedrag af. Dat bedrag heet de franchise en dit verandert elk jaar. Dat is € 26.167,- (2024).
•  Het beroepsinkomen dat overblijft (de pensioengrondslag), betaalt u 16,4% premie (2024) en bouwt u pensioen op. Dit premiepercentage is inclusief 0,7% premie (2024) PVI. Meedoen met PVI is op vrijwillige basis. In het pensioenreglement ziet u hoeveel pensioen wij voor u inkopen.
•  U bouwt pensioen op tot een maximum bruto beroepsinkomen van € 125.112,- per jaar (2024). Is uw beroepsinkomen hoger? Dan kunt u voor dat deel zelf zorgen voor extra pensioenopbouw.

U betaalt geen belasting over de pensioenpremie. Werkt u als zelfstandig verloskundige? Dan mag u de premie als bedrijfskosten aftrekken van uw bruto omzet.

Wilt u extra pensioen opbouwen? Kijk bij Welke keuzes heeft u zelf? onder Extra.

U betaalt zelf voor uw pensioen

U betaalt elke maand premie voor pensioen. Uw premie is 16,4%  (2024) van uw pensioengrondslag. Dit premiepercentage is inclusief 0,7% premie (2024) PVI. Meedoen met PVI is op vrijwillige basis. De pensioengrondslag is uw beroepsinkomen verminderd met de franchise. Werkt u parttime? Dan telt ook uw parttimepercentage mee voor de berekening van uw pensioen. U betaalt dan minder premie. U bouwt ook minder pensioen op.

Welke keuzes heeft u zelf?

Uw pensioen meenemen

U werkt als verloskundige in de 1e lijn. Daarom bouwt u nu pensioen op in onze pensioenregeling. U kunt kiezen om het pensioen dat u eerder opbouwde mee te nemen naar ons pensioenfonds. Dit heet waardeoverdracht.

Is uw pensioen € 2,- of lager per jaar? Dan vervalt dit pensioen volgens de wet. De kosten voor de administratie zijn namelijk hoger dan € 2,-. Kijk bij waardeoverdracht.

Is uw pensioen lager dan € 592,51 (2024) per jaar? Dan heeft u een ‘klein pensioen’. Dan mag uw oude pensioenfonds of verzekeraar (‘pensioenuitvoerder’) uw pensioen ook automatisch naar ons overdragen. Bekijk daarvoor het laatste pensioenoverzicht dat u van hen kreeg. Daarop staat of u zelf iets moet doen om uw pensioen mee te nemen.

Gaat u loondienst van een ziekenhuis of zorginstelling werken? Of kiest u een ander beroep? Met een andere pensioenregeling? Dan gaat u daar pensioen opbouwen. U kunt het pensioen dat u bij ons opbouwde meenemen. U vraagt dit aan bij uw nieuwe pensioenfonds. Heeft u een klein pensioen? Dan regelen wij de overdracht automatisch voor u. Is uw pensioen lager dan € 2,- per jaar? Dan vervalt uw pensioen.

Waardeoverdracht is niet nodig als u een nieuwe baan vindt als verloskundige in de 1e lijn. U blijft dan pensioen bij ons opbouwen. Uw pensioenregeling verandert niet.

Kiest u voor waardeoverdracht?
Dan heeft u al uw pensioen bij elkaar. En u krijgt straks al uw pensioen van 1 pensioenfonds.

Kiest u niet voor waardeoverdracht?
Dan blijft uw opgebouwde pensioen staan bij uw oude pensioenfonds. U betaalt geen premie meer. U bouwt ook geen pensioen meer op. Dit deel van uw pensioen krijgt u straks van uw oude pensioenfonds.

Bedenk goed of waardeoverdracht voor u verstandig is
Als u uw nieuwe pensioenfonds om waardeoverdracht vraagt, krijgt u eerst een berekening met uw oude en nieuwe pensioenbedragen. Kijkt u niet alleen naar de bedragen. Vergelijk óók uw oude en nieuwe pensioenregeling. Dat doet u met dit Pensioen 1-2-3:

  • Wat krijgt u wel en niet? Bijvoorbeeld pensioen voor uw partner en kinderen als u overlijdt.
  • Wat is de financiële situatie van uw oude en nieuwe pensioenfonds? Verhoogt uw nieuwe pensioenfonds de komende jaren uw pensioen, en uw oude pensioenfonds niet? Dan kan waardeoverdracht gunstig zijn. Andersom kan natuurlijk ook.

U beslist dan pas of u uw pensioen meeneemt. Zo kunt u een goede keuze maken. Komt u er niet uit? Overleg dan met een financieel adviseur.

De pensioenvergelijker helpt u daarbij ook. Kijk bij Welke keuzes heeft u zelf?.

Als het financieel niet goed gaat, kan waardeoverdracht niet direct
De financiële situatie van uw oude en nieuwe pensioenfonds moet wel goed zijn.

Is dit niet zo? Dan kunt u uw waardeoverdracht wel aanvragen. Maar uw pensioen blijft bij uw oude fonds tot de financiële situatie van beide fondsen weer goed is. Daarna krijgt u een berekening. U beslist dan pas of u uw pensioen echt meeneemt.

U leest meer op over onze financiële situatie op deze website bij Nieuws.

Pensioen blijven opbouwen als u arbeidsongeschikt wordt

U kunt onder voorwaarden pensioen bij ons blijven opbouwen. Daarvoor moet u dan een vrijwillige verzekering voor premievrijstelling bij beroepsarbeidsongeschiktheid bij ons afsluiten. Dit kan binnen 3 maanden na uw aanmelding. Of binnen 3 maanden nadat u in loondienst bent gaan werken. Of binnen 3 maanden nadat u een arbeidsongeschiktheidsverzekering afsloot. Ons pensioenfonds zorgt dan voor uw pensioenopbouw. U vraagt premievrijstelling bij ons aan binnen 3 jaar nadat u arbeidsongeschikt wordt.

Er zijn wel voorwaarden
Wilt u dat wij uw pensioenbouw verzorgen als u beroepsarbeidsongeschikt wordt? Dan gelden deze voorwaarden:

•  U werkt niet meer als verloskundige.
•  U verkocht uw praktijk of beëindigde uw aandeel in de praktijk.
•  U krijgt een inkomensvervangende uitkering (uit de WIA of uit een particuliere verzekering) van minimaal het wettelijk minimumloon.
•  U bent 80% tot 100% en blijvend beroepsarbeidsongeschikt. Een Commissie Beoordeling Arbeidsongeschiktheid stelt dit vast. Het bestuur wijst die Commissie aan. De Commissie bestaat uit een arts en een arbeidsdeskundige en/of verloskundige.
•  U bent bij ons verzekerd voor premievrijstelling bij beroepsarbeidsongeschiktheid (PVI). Daar betaalt u premie voor.

U leest meer over de voorwaarden in het pensioenreglement in laag 3.

Geef wijzigingen door
Wordt u meer of minder arbeidsongeschikt? Geef dit altijd aan ons door. Stuur ons een kopie van de brief van de keuringsinstantie.

Koos u niet voor verzekering van premievrijstelling bij beroepsarbeidsongeschiktheid?
Dan kunt u dat binnen 3 maanden na uw aanmelding alsnog doen. Of binnen 3 maanden nadat u in loondienst bent gaan werken. Of binnen 3 maanden nadat u een arbeidsongeschiktheidsverzekering afsloot.

Bedenk goed hoe uw pensioen er uitziet als u arbeidsongeschikt wordt
Alle regels vindt u in ons pensioenreglement in laag 3. Overleg met uw financieel adviseur of u iets extra’s moet regelen. U kunt bijvoorbeeld een verzekering afsluiten. Zo heeft u meer inkomen als u arbeidsongeschikt wordt.

Uw pensioen vergelijken

Wilt u onze pensioenregeling vergelijken met een andere pensioenregeling? Bijvoorbeeld omdat u solliciteert bij een werkgever met een eigen pensioenregeling? Of omdat u nadenkt over waardeoverdracht als u een nieuwe baan heeft? Bekijk dan onze pensioenvergelijker in laag 3. Via de plaatjes kunt u de belangrijkste onderdelen van uw regelingen vergelijken. Zo ziet u snel wat de verschillen zijn.

Er zijn grote verschillen tussen de regelingen onderling
Leg onze pensioenvergelijker naast die van de andere regeling. U ziet snel wat de verschillen zijn. Of bekijk dit samen met uw financieel adviseur.

Extra pensioen opbouwen voor uzelf

U kunt bij ons pensioenfonds extra pensioen opbouwen. U doet dat vrijwillig. Zo heeft u meer inkomen als u met pensioen gaat.

Dit zijn de afspraken

  • U betaalt zelf de extra premie voor uw pensioen. Uw extra premie is 11, 22 of 33% van de normale premie.
  • U kunt ook zelf elders extra pensioen bijsparen. Bijvoorbeeld met banksparen of een lijfrente.
  • U beslist zelf hoeveel extra pensioen u opbouwt. Er is wel een wettelijk fiscaal maximum. Overleg dit met uw financieel adviseur.

Voor dit extra vrijwillige pensioen gelden dezelfde regels als voor het basispensioen. De premie is aftrekbaar voor de belasting.

Ouderdomspensioen ruilen voor partnerpensioen

Heeft u geen of weinig pensioen voor uw partner bij ons staan? Dan kunt u op uw pensioendatum een deel van uw ouderdomspensioen ruilen voor pensioen voor uw partner. Uw eigen pensioen wordt dan lager. En uw partner krijgt een pensioen van ons als u overlijdt.

Het pensioen voor uw partner mag niet hoger worden dan ongeveer 70% van uw eigen ouderdomspensioen.

U maakt een definitieve keuze als u met pensioen gaat
Als uw deelname aan SPV eindigt kunt u al kiezen om een deel van uw ouderdomspensioen te ruilen voor partnerpensioen. Of pas als u bijna met pensioen gaat. Als u met pensioen gaat, maakt u een definitieve keuze om ouderdomspensioen voor een deel te ruilen voor partnerpensioen, of niet. U kunt uw keuze daarna niet meer veranderen.

Meer weten?

  • U leest meer over deze keuze in ons pensioenreglement in laag 3.
  • Uw pensioenbedragen staan op het Uniform Pensioenoverzicht dat u elk jaar van ons krijgt.

Partnerpensioen ruilen voor ouderdomspensioen

U bouwt bij ons ouderdomspensioen voor uzelf op, maar ook partnerpensioen. Uw partner krijgt dit pensioen als u overlijdt. Misschien wilt u geen partnerpensioen. Bijvoorbeeld omdat u geen partner heeft. Of uw partner heeft zelf een goed inkomen. Op uw pensioendatum kunt u uw partnerpensioen dan omruilen voor een hoger ouderdomspensioen voor uzelf. Of dit voor een deel doen.

U kunt uw keuze maar 1 keer doorgeven
Kiest u voor ruil van uw pensioen? Of kiest u om dit niet te doen? Dan is dit definitief. U kunt uw keuze daarna niet meer veranderen. Heeft u een partner? Dan moet hij of zij het eens zijn met uw keuze.

Dit geldt ook:

  • Ruilt u àl uw partnerpensioen? Dan krijgt uw partner geen pensioen van ons als u overlijdt.
  • Bent u gescheiden? Dan heeft uw ex-partner na uw overlijden misschien recht op een deel van het partnerpensioen. Namelijk het deel dat u opbouwde tot u uit elkaar ging. Dit heet bijzonder partnerpensioen. Dat deel kunt u niet ruilen.
  • Heeft u geen partner bij uw pensionering? Dan ruilen we het partnerpensioen automatisch.

Meer weten?

  • U leest meer over deze keuze in ons pensioenreglement in laag 3.
  • Uw pensioenbedragen staan op het Uniform Pensioenoverzicht dat u elk jaar van ons krijgt.
  • Wilt u weten hoeveel pensioen u krijgt als u pensioen ruilt? U rekent het zelf makkelijk uit met de pensioenplanner op onze website. U kunt ook contact met ons opnemen. Wij maken graag een berekening voor u.

Eerder of later met pensioen gaan

Uw pensioen gaat bij ons standaard in op uw 67e. Maar u kunt ook op een andere datum met pensioen gaan.

U gaat eerder met pensioen
Misschien wilt u eerder stoppen met werken. U kunt uw pensioen dan eerder laten ingaan. U krijgt wel minder pensioen. Wij moeten uw pensioen namelijk langer uitbetalen. Ook bouwt u minder lang pensioen op.

  • Laat u uw pensioen méér dan 5 jaar voor uw AOW-datum ingaan? Dan mag u helemaal geen inkomsten meer hebben.
  • Is dat minder dan 5 jaar vóór uw AOW-datum? Dan mag u geen inkomsten als verloskundige meer hebben. U mag dan wel andere inkomsten hebben.

Eerder met pensioen gaan heeft dus financiële gevolgen. U krijgt niet direct AOW. Dit is pensioen van de overheid. U leest uw AOW-leeftijd op SVB.nl.

U gaat later met pensioen
U kunt bij ons uiterlijk op uw 70e met pensioen gaan. U krijgt dan méér pensioen. Wij hoeven uw pensioen namelijk minder lang uit te betalen. U bouwt maximaal tot uw 67e pensioen op.

U kunt niet met deeltijdpensioen
Wilt u eerder of later met pensioen gaan? Dan gaat uw pensioen altijd helemaal in. U kunt bij ons niet voor een deel met pensioen.

U kunt uw keuze maar 1 keer doorgeven
Kiest u voor eerder of later met pensioen gaan? Of kiest u om dit niet te doen? Dan is dit definitief. U kunt uw keuze daarna niet meer veranderen. Wel is het zo dat bij uitstel het pensioen standaard ingaat op de 1e van de maand waarin u 70 wordt. Wilt u uw pensioen, na uitstel, toch eerder dan 70 jaar in laten gaan? Dan meldt u dat bij het pensioenfonds. Vervolgens gaat uw pensioen in op de 1e dag van de daarop volgende maand.

Dit moet u doen

  • Wilt u eerder met pensioen gaan? Vraag dit 6 maanden voor de gewenste ingangsdatum bij ons aan
  • Wilt u later met pensioen gaan? U krijgt 6 maanden voor uw 67e bericht van ons. U leest dan ook hoe u uw pensioen aanvraagt en uw keuzes aan ons doorgeeft.

U vindt alle afspraken in ons pensioenreglement in laag 3.

Eerst een hoger pensioen krijgen

Misschien wilt u een hoger ouderdomspensioen in de 1e periode van uw pensioen. Bijvoorbeeld omdat u nog geen AOW krijgt. U krijgt dan daarna een lager ouderdomspensioen zolang u leeft.

Dit zijn de afspraken

  • Deze keuze mag alleen in combinatie met conversie
  • De 1e periode mag 5 of 10 jaar duren.
  • Uw pensioen in de 2e periode is 75% van uw pensioen in de 1e periode.
  • Uw pensioen in de 1e periode wordt hoger dan de bedragen op uw Uniform Pensioenoverzicht (UPO). Uw pensioen in de 2e periode wordt lager.
  • U maakt deze keuze als u met pensioen gaat.

U kunt uw keuze maar 1 keer doorgeven
Kiest u voor een hoog-laag pensioen? Dan is dit definitief. U kunt uw keuze daarna niet meer veranderen.

Verhoging van uw pensioen in de toekomst naar voren halen

Uw pensioen blijft elk jaar met minstens 2% omhoog gaan als u gepensioneerd bent. Maar u kunt ook een andere keuze maken als u met pensioen gaat. U kiest dan voor een eenmalig hoger ouderdomspensioen. U krijgt dit direct en zolang u leeft. Maar uw pensioen stijgt daarna niet meer elk jaar met 2%. U haalt dus uw verhogingen in de toekomst naar voren. Dit heet conversie.

U leest meer bij Hoger of lager op deze website.

Hoe zeker is uw pensioen?

U loopt risico met uw pensioen

U heeft uw hele leven met uw pensioen te maken. In uw werkende leven bouwt u eerst pensioen op. Daarna krijgt u pensioen. Dit is in totaal misschien wel een periode van 80 jaar. Daarin kan veel veranderen. Ook zijn er verschillende risico’s. Daardoor kan onze financiële situatie veranderen, en dus ook uw pensioen.

Mensen worden gemiddeld steeds ouder
Ons pensioenfonds probeert voorbereid te zijn op de risico’s die uw pensioen kunnen veranderen. Dit ging niet altijd goed. Bijvoorbeeld het risico dat mensen gemiddeld steeds ouder worden. We moeten het pensioen daardoor langer uitbetalen. Die levensverwachting steeg de afgelopen tijd sneller dan we dachten. We moeten nu dus nog meer geld in kas hebben dan we eerst berekenden.

De rente kan uw pensioen veranderen
Pensioenfondsen moeten inschatten hoeveel geld ze nodig hebben om alle pensioenen in de toekomst te kunnen betalen. Is de rente laag? Dan moeten we meer geld in kas hebben voor de betaling van de pensioenen. Blijft de rente een lange tijd laag? Dan maakt dit de pensioenen duur voor ons. Soms moeten we daarom maatregelen nemen.

De beleggingen kunnen tegenvallen
U betaalt premie voor uw pensioen. Wij beleggen dat geld. Maar beleggen is ook een risico. Daarom kiezen we voor verschillende soorten van beleggingen. Zo lopen we minder risico. We kunnen risico’s ook verzekeren. Daarvoor betalen we wel kosten.

In ons beleid letten we goed op de risico’s
U loopt nog andere risico’s met uw pensioen. Ons pensioenfonds doet er veel aan om uw pensioen te beschermen. U leest meer over ons financiële beleid bij Het pensioenfonds.

We meten onze financiële situatie met de ‘beleidsdekkingsgraad’
Een besluit over uw premie en de extra verhoging van uw pensioen hangt af van onze financiële situatie. Hiervoor kijken we naar onze dekkingsgraad. Sinds 2015 meten we die over de laatste 12 maanden. Daarvan nemen we het gemiddelde. Dit heet de beleidsdekkingsgraad. De dekkingsgraad mag dus niet te laag zijn. Is hij lager dan 100%? Dan mogen wij ook niet meewerken aan waardeoverdracht.

U leest meer over onze financiële situatie en de beleidsdekkingsgraad bij Nieuws.

Wij proberen uw pensioen waardevast te houden

Geld wordt elk jaar meestal minder waard. U kunt met hetzelfde geld in 2024 minder kopen dan in 2023. Dit heet inflatie.

De afgelopen 10 jaar verhoogden wij de pensioenen voor deelnemers zo
U ziet ook of de stijging van de prijzen is goedgemaakt als uw pensioen omhoog ging.

datum vaste verhoging* extra verhoging verlaging totale aanpassing prijsstijging
1 januari 2024 2,00% 1,00% 2,00% 1.00% nnb
1 januari 2023 2,00% 2,00% 2.00% 0.00% 10,00%
1 januari 2022 2,00% 2,00% 2.00% 0,00% 2,68%
1 januari 2021 2,00% 2,20% 0.00% -0,20% 1,27%
1 januari 2020 2,00% 1,80% 0.00% 0,20% 2,63%
1 januari 2019 2,00% 0,75% 0.00% 1,25% 1,71%
1 januari 2018 2,00% 1,40% 0.00% 0,60% 1,38%
1 januari 2017 2,00% 0,40% 0.00% 1,60% 0,32%
1 januari 2016 2,00% 0,00% 0.00% 2,00% 0,60%
1 januari 2015 2,00% 0,00% 0.00% 2,00% 0,98%

* onvoorwaardelijke toeslag

De cijfers over de stijging van de prijzen zijn van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

Ook de komende jaren kunnen wij uw pensioen, naast de vaste verhoging, niet extra verhogen. En verwachten wij uw pensioen weer te moeten verlagen.

Alle afspraken over de verhoging van de pensioenen vindt u…

Het laatste nieuws over onze financiële situatie vindt u bij Nieuws.

Ons pensioenfonds doet er veel aan om financieel gezond te zijn. Toch kan er een tekort zijn. We hebben dan te weinig geld om alle pensioenen in de toekomst te betalen. We moeten dan maatregelen nemen. Die staan in ons herstelplan. Ons pensioenfonds weegt zorgvuldig af wat de beste oplossing is. Bijvoorbeeld:
  • Uw pensioen groeit met 2%. Maar we verhogen uw pensioen niet extra.
  • U bouwt minder pensioen op voor de premie die u betaalt.
  • Uw pensioen gaat omlaag. Maar alleen als het niet anders kan.

De afgelopen jaren konden we uw pensioen niet extra verhogenOok moesten we uw pensioen de afgelopen jaren verlagen. In 2024 hebben wij uw pensioen (over 2023) met 2% moeten verlagen. De afgelopen jaren verlaagden wij de pensioenen als volgt:

datum verlaging
1 januari 2022 2,00%
1 januari 2022 2,00%
1 januari 2021 2,20%
1 januari 2020 1,80%
We verlagen uw pensioen alleen als het volgens de wettelijke regels niet anders kan.Onvoorwaardelijke korting vanaf eind 2021
Eind 2020 had SPV een te lage dekkingsgraad. SPV had voor de zesde maal een lager vermogen dan het wettelijk voorgeschreven minimum niveau. SPV is daardoor verplicht de pensioenen te verlagen zodat de dekkingsgraad stijgt naar een dekkingsgraad van minimaal 90%. Het gaat hierbij om een onvoorwaardelijke korting die over 10 jaar wordt gespreid. Dit betekent dat de tot 31 december 2020 opgebouwde pensioenaanspraken en – rechten gedurende 10 jaar ieder jaar met 2% worden gekort ongeacht of de financiële positie beter of slechter wordt. De eerste onvoorwaardelijke korting heeft op 31 december 2021 plaatsgevonden.

Welke kosten maken wij?

Ons pensioenfonds maakt kosten om uw pensioenregeling uit te voeren:

  • Kosten voor de organisatie en administratie
    Bijvoorbeeld voor de betaling van uw pensioen en ontvangst van uw premies. Of voor goede informatie aan u. Zo verzorgen we dit Pensioen 1-2-3 en uw Uniform Pensioenoverzicht.
  • Kosten voor bestuur, toezicht en advies
  • Kosten om de pensioengelden te beheren
    Wij betalen de partijen die de pensioengelden voor ons beleggen. Ook maken we transactiekosten. Zo betalen wij kosten aan de beurs als wij aandelen of obligaties kopen. Of verkopen.

U leest meer over onze kosten in het jaarverslag in laag 3.

Wanneer moet u in actie komen?

Als u van baan verandert

U werkt als verloskundige in de 1e lijn. Daarom bouwt u nu pensioen op in onze pensioenregeling. U kunt kiezen om het pensioen dat u eerder opbouwde mee te nemen naar ons pensioenfonds. Dit heet waardeoverdracht.

Is uw pensioen € 2,- of lager per jaar? Dan vervalt dit pensioen volgens de wet. De kosten voor de administratie zijn namelijk hoger dan € 2,-. Kijk bij waardeoverdracht.

Is uw pensioen lager dan € 594,89 (2023) per jaar? Dan heeft u een ‘klein pensioen’. Dan mag uw oude pensioenfonds of verzekeraar (‘pensioenuitvoerder’) uw pensioen ook automatisch naar ons overdragen. Bekijk daarvoor het laatste pensioenoverzicht dat u van hen kreeg. Daarop staat of u zelf iets moet doen om uw pensioen mee te nemen.

Gaat u loondienst van een ziekenhuis of zorginstelling werken? Of kiest u een ander beroep? Met een andere pensioenregeling? Dan gaat u daar pensioen opbouwen. U kunt het pensioen dat u bij ons opbouwde meenemen. U vraagt dit aan bij uw nieuwe pensioenfonds. Heeft u een klein pensioen? Dan regelen wij de overdracht automatisch voor u. Is uw pensioen lager dan € 2,- per jaar? Dan vervalt uw pensioen.

Waardeoverdracht is niet nodig als u een nieuwe baan vindt als verloskundige in de 1e lijn. U blijft dan pensioen bij ons opbouwen. Uw pensioenregeling verandert niet.

Kiest u voor waardeoverdracht?
Dan heeft u al uw pensioen bij elkaar. En u krijgt straks al uw pensioen van 1 pensioenfonds.

Kiest u niet voor waardeoverdracht?
Dan blijft uw opgebouwde pensioen staan bij uw oude pensioenfonds. U betaalt geen premie meer. U bouwt ook geen pensioen meer op. Dit deel van uw pensioen krijgt u straks van uw oude pensioenfonds.

Bedenk goed of waardeoverdracht voor u verstandig is
Als u uw nieuwe pensioenfonds om waardeoverdracht vraagt, krijgt u eerst een berekening met uw oude en nieuwe pensioenbedragen. Kijkt u niet alleen naar de bedragen. Vergelijk óók uw oude en nieuwe pensioenregeling. Dat doet u met dit Pensioen 1-2-3:

  • Wat krijgt u wel en niet? Bijvoorbeeld pensioen voor uw partner en kinderen als u overlijdt.
  • Wat is de financiële situatie van uw oude en nieuwe pensioenfonds? Verhoogt uw nieuwe pensioenfonds de komende jaren uw pensioen, en uw oude pensioenfonds niet? Dan kan waardeoverdracht gunstig zijn. Andersom kan natuurlijk ook.

U beslist dan pas of u uw pensioen meeneemt. Zo kunt u een goede keuze maken. Komt u er niet uit? Overleg dan met een financieel adviseur.

De pensioenvergelijker helpt u daarbij ook. Kijk bij Welke keuzes heeft u zelf?.

Als het financieel niet goed gaat, kan waardeoverdracht niet direct
De financiële situatie van uw oude en nieuwe pensioenfonds moet wel goed zijn.

Is dit niet zo? Dan kunt u uw waardeoverdracht wel aanvragen. Maar uw pensioen blijft bij uw oude fonds tot de financiële situatie van beide fondsen weer goed is. Daarna krijgt u een berekening. U beslist dan pas of u uw pensioen echt meeneemt.

U leest meer op over onze financiële situatie op deze website bij Nieuws.

Pensioen blijven opbouwen als u arbeidsongeschikt wordt

Wordt u arbeidsongeschikt? Dan heeft dit gevolgen voor uw pensioen. Alleen als u bij ons verzekerd bent voor premievrijstelling bij beroepsarbeidsongeschiktheid verzorgen wij uw pensioenopbouw bij beroepsarbeidsongeschiktheid. Het pensioenfonds betaalt dan uw premie. U bouwt dan dus pensioen op onze kosten op. Er zijn nog andere voorwaarden. Kijk voor meer informatie in de Toelichting in laag 3.

Geef wijzigingen door
Wordt u meer of minder arbeidsongeschikt? Geef dit dan altijd aan ons door.

Bedenk goed hoe uw pensioen er uitziet als u arbeidsongeschikt wordt
Alle regels en voorwaarden vindt u in ons pensioenreglement in laag 3. Overleg met uw financieel adviseur of u iets extra’s moet regelen. U kunt bijvoorbeeld een verzekering afsluiten. Zo heeft u meer inkomen als u arbeidsongeschikt wordt.

Als u meer of minder gaat werken

U betaalt elke maand premie voor uw pensioen. De premie hangt af van de hoogte van uw beroepsinkomen. Gaat u meer of minder werken? Dan verandert uw premie.

  • Werkt u als zelfstandige? Uw premie hangt samen met uw fiscale winst van 3 jaar geleden. Gaat u dit jaar meer of minder werken? Dan betaalt u pas over 3 jaar meer of minder premie. En bouwt u vanaf dan ook meer of minder pensioen op. Uw partner en kinderen krijgen vanaf dan ook meer of minder pensioen als u overlijdt.
  • Bent u in loondienst? Dan is dit anders. Uw beroepsinkomen en de premie voor uw pensioen veranderen direct. Uw partner en kinderen krijgen dan direct meer of minder pensioen als u overlijdt.

Bedenk goed wat deze keuze betekent voor uw pensioen
Wilt u precies weten wat meer of minder werken betekent voor uw pensioen? We maken graag een berekening voor u.

Misschien kunt u zelf maatregelen nemen als u minder gaat werken. Bijvoorbeeld door extra pensioen op te bouwen voor later. Overleg met uw financieel adviseur of u iets extra’s moet regelen.

Geef wijzigingen in uw beroepsinkomen altijd aan ons door. Wij passen uw pensioenpremie en pensioenopbouw aan.

Als u met onbetaald verlof gaat

Gaat u met onbetaald verlof? Dan stopt voor die periode de opbouw van ouderdomspensioen. U kunt dan vrijwillig pensioen blijven opbouwen. Dit kan maximaal 1,5 jaar.

Dit geldt ook

  • Tijdens onbetaald verlof blijft u verzekerd voor partner- en wezenpensioen. Dit geldt in de 1e 18 maanden van uw verlof. U betaalt hiervoor premie. Zo krijgen uw partner en kinderen een pensioen als u overlijdt tijdens uw verlof.
  • U moet uw verlof aanmelden bij het pensioenfonds.
  • Koos u voor premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid? Dan blijft u verzekerd voor arbeidsongeschiktheid. U blijft hiervoor wel premie betalen.

U leest meer over de voorwaarden bij Onbetaald verlof op deze website.

Als u gaat samenwonen. Of als u in het buitenland woont en u gaat trouwen of wordt geregistreerd partners

Woont u samen? Dan krijgt uw partner niet vanzelf partnerpensioen als u overlijdt.

Meld uw partner aan als u gaat samenwonen
Wilt u dat uw partner partnerpensioen krijgt als u overlijdt? Meld uw partner dan bij ons aan. Er zijn voorwaarden. U heeft bijvoorbeeld een samenlevingsovereenkomst. Dit regelt u bij een notaris. Stuur een kopie daarvan naar ons. Lees meer hierover bij Trouwen en/of samenwonen.

Gaat u trouwen? Of wordt u geregistreerd partner? Dan hoeft u niets te doen. Wij krijgen dit automatisch door van uw gemeente. Uw partner krijgt partnerpensioen als u overlijdt.

Meld uw partner ook aan als u in het buitenland woont
Woont u in het buitenland? Meld uw partner dan altijd bij ons aan. Ook als u getrouwd bent of geregistreerd partners bent.

Kijk de bedragen en voorwaarden van het partnerpensioen goed na
Bijvoorbeeld op uw Uniform Pensioenoverzicht. Kijk voor uw totale pensioen en AOW op mijnpensioenoverzicht.nl.

Bedenk of u extra maatregelen moet nemen
Is het pensioen voor uw partner niet goed genoeg geregeld? Zorg dan dat u zelf extra maatregelen neemt. Bijvoorbeeld via een verzekering. Vraag uw verzekeraar om meer informatie.

Als u niet meer samenwoont. Of als u in het buitenland woont en u gaat scheiden of uw geregistreerd partnerschap stopt

Als u uit elkaar gaat, moet u samen financiële afspraken maken. Uw scheiding heeft ook gevolgen voor uw pensioen bij ons.

Uw ex-partner heeft recht op ouderdomspensioen
Uw ex-partner heeft recht op de helft van het ouderdomspensioen dat u opbouwde tijdens uw huwelijk of geregistreerd partnerschap. U kunt samen wel andere afspraken maken. U legt die vast in een overeenkomst bij uw huwelijk of scheiding.

Geef uw afspraken aan ons door
U of uw ex-partner laat ons binnen 2 jaar weten dat u bent gescheiden. En welke afspraken u maakte. Zo weet u zeker dat wij uw pensioen goed regelen.

Horen wij niet binnen 2 jaar van u? En maakte u afspraken over de verdeling van uw ouderdomspensioen? Dan kunnen wij het pensioen voor uw ex-partner helaas niet meer direct aan hem of haar betalen. U moet de verdeling van uw pensioen dan onderling regelen.

Woonde u alleen samen? Dan heeft uw ex-partner geen recht op ouderdomspensioen. U kunt samen wel andere afspraken maken. U verdeelt uw pensioen dan buiten ons pensioenfonds om.

Uw ex-partner heeft ook recht op partnerpensioen
Uw ex-partner heeft ook recht op het partnerpensioen dat u opbouwde tot uw scheiding. Of tot uw geregistreerd partnerschap stopte. U hoeft hiervoor niets te doen. Wij regelen de verdeling voor u. We trekken het pensioen voor uw ex-partner af van het pensioen voor een nieuwe partner.

Geef uw afspraken in deze situaties aan ons door

  • Wilt u niet dat uw ex-partner pensioen krijgt? Maak dan goede afspraken in een scheidingsovereenkomst. Daarin staat dat uw ex-partner afstand doet van het partnerpensioen. Laat dit wél aan ons weten.
  • Woonde u samen? En had u een samenlevingsovereenkomst? Dan heeft uw ex-partner óók recht op partnerpensioen als u uw partner bij ons aanmeldde. Tenzij u samen andere afspraken over het partnerpensioen maakte. Laat ons altijd weten wat uw afspraken zijn. Wij krijgen dit namelijk niet automatisch door van uw gemeente.

U leest meer op deze website bij Scheiden. Bijvoorbeeld hoe u uw afspraken aan ons doorgeeft.

Als u werkloos wordt

Stopt u met werken als verloskundige? Of voldoet u niet meer aan de voorwaarden van verplichte deelname? Dan bouwt u geen pensioen meer bij ons op. Regelt u zelf niets? Dan is uw pensioen lager als u met pensioen gaat. Bedenk ook goed dat het pensioen voor uw partner en kinderen lager is. Hun pensioen is dan gebaseerd op het ouderdomspensioen dat u opbouwde tot u werkloos werd.

U moet zich bij ons afmelden
U betaalt geen pensioenpremie meer als u zich afmeldt. U krijgt van ons een brief. Daarin staat hoeveel pensioen u bij ons heeft opgebouwd. Daarna ontvangt u van ons elke 5 jaar een overzicht van uw pensioen bij ons.

U kunt wel vrijwillig pensioen blijven opbouwen
U kunt bij ons pensioen blijven opbouwen als u stopt met werken als verloskundige. Dit heet vrijwillige voortzetting. U betaalt ook dan zelf de volledige premie. Dit kan maximaal 10 jaar. U leest meer over de voorwaarden in ons pensioenreglement in laag 3.

Misschien kunt u ook andere maatregelen nemen
Bijvoorbeeld via een verzekering. Of door zelf geld opzij te zetten voor later. Krijgt u een nieuwe baan? Dan gaat u daar waarschijnlijk weer pensioen opbouwen.

U krijgt een overzicht van uw pensioen als u stopt
Eens in de 5 jaar krijgt u van ons een overzicht van uw pensioen bij SPV.

Als u vrijwillig pensioen wilt blijven opbouwen

U kunt bij ons pensioen blijven opbouwen als u stopt met werken als verloskundige. Dit heet vrijwillige voortzetting. Zo heeft u later meer pensioen.

Dit zijn de afspraken

  • U moet zich eerst afmelden.
  • U vraagt binnen 9 maanden na afmelding vrijwillige voortzetting aan via e-mail.
  • U betaalt ook nu zelf de premie.
  • U bent verzekerd voor partner- en wezenpensioen. Dit kan maximaal 10 jaar.
  • U bouwt geen pensioen op via een andere baan.

U leest meer over de voorwaarden in ons pensioenreglement in laag 3. Er zijn ook andere maatregelen. Bijvoorbeeld een verzekering.

Bent u arbeidsongeschikt en verzekerde u zich niet bij ons voor premievrijstelling bij beroepsarbeidsongeschiktheid? Maar voldoet u verder wel aan alle voorwaarden? Dan kunt u vrijwillig pensioen blijven opbouwen

Als u verhuist naar het buitenland

Verhuist u binnen Nederland? Dan horen wij dit van uw gemeente. Verhuist u naar het buitenland? Of naar een ander adres in het buitenland? Laat ons dan weten wat uw nieuwe adres is. Zo kunnen we u op de hoogte houden van uw pensioen.

Wilt u weten wat een verhuizing naar het buitenland betekent voor uw pensioen? Neem dan contact met ons op.

Uw AOW van de overheid kan ook veranderen. Uw AOW hangt namelijk af van het aantal jaren dat u in Nederland werkt of woont. Belt u met de Sociale Verzekeringsbank voor meer informatie. Of kijk op SVB.nl.

Kijk minimaal 1 keer per jaar op mijnpensioenoverzicht.nl

Kijk minimaal 1 keer per jaar hoeveel pensioen u heeft:

  • op uw Uniform Pensioenoverzicht (UPO)
  • op mijnpensioenoverzicht.nl staat uw AOW en al het pensioen dat u opbouwde. U ziet ook wat u netto krijgt.

Als u een eigen keuze wilt maken voor uw pensioen

U heeft verschillende keuzes voor uw pensioen. Bijvoorbeeld eerder of later met pensioen gaan. Of eerst een hoger pensioen krijgen. Kijk bij Welke keuzes heeft u zelf?.

Maakt u een keuze op uw pensioendatum? Dan kunt u die maar 1 keer maken. U kunt dit daarna niet meer veranderen. Zorg dus dat u alle informatie heeft voordat u een keuze maakt.

Persoonlijke gegevens

Dit onderdeel gebruikt u alleen als u een pensioenoverzicht heeft ontvangen. Hieronder leggen we graag de gegevens verder uit.

Pensioenuitvoerder
Het fonds waar u pensioen opbouwt.

Soort pensioenregeling
U heeft een bruto premieovereenkomst met directe inkoop van pensioen. Elk jaar koopt u met de door u belegde premie een vaste pensioenaanspraak in.

Uw salaris dat meetelt voor uw pensioenregeling
Dit is het deel van uw salaris waarover u pensioen opbouwt. Bijvoorbeeld uw maandelijks salaris. Maar soms bouwt over meer onderdelen op. Dit noemen we het pensioengevend salaris. U vindt alle onderdelen die meetellen in het reglement in laag 3.

U bouwt geen pensioen op over
Over een gedeelte van het salaris bouwt u geen pensioen op. Dit noemen we de franchise.

Salaris waarover u wel pensioen opbouwt
Dit is het deel wat wordt gebruikt om uw pensioenopbouw te berekenen. Dit noemen we de pensioengrondslag.

Percentage jaarlijkse pensioenopbouw
U bouwt elk jaar pensioen op over een deel van uw pensioengrondslag. Dit is een percentage. We noemen dit uw opbouwpercentage.

Factor A (voor uw belastingaangifte)

Heeft u meerdere pensioenoverzichten ontvangen? Dan moet u de factor A bedragen op deze pensioenoverzichten bij elkaar tellen. Wilt u een berekening maken van uw fiscale ruimte? Gebruikt u dan het ‘Hulpmiddel lijfrentepremie’ van de Belastingdienst. Dat vindt u op belastingdienst.nl. Uw financieel adviseur kan u hierbij ook helpen.

Heeft u vragen?

Heeft u vragen?

Bel ons gerust als u vragen heeft over uw pensioen. Misschien wilt u meer weten over een keuze. Of over wat u zelf kunt doen. U kunt ook op onze website kijken. Of stel uw vraag bij contact.

Meer weten over…
…uw pensioen bij ons? Ga naar laag 3. U vindt ook veel informatie en antwoorden op onze website.
…uw eigen pensioenbedragen? Op mijnpensioenoverzicht.nl voor uw totale pensioen.